Opdrachten boeken worden vaak op scholen gebruikt als hulpmiddel bij het leren, oefenen en maken van aantekeningen. Ze zijn een belangrijk onderdeel in onderwijsomgevingen, waar studenten ze gebruiken om opdrachten uit te voeren, aantekeningen te maken, wiskundige problemen uit te werken en deel te nemen aan verschillende academische activiteiten. Oefenboeken zijn er in verschillende maten en formaten (bijvoorbeeld gelinieerd, grafisch of blanco pagina's) en omslagontwerpen voor verschillende onderwerpen en voorkeuren.
In kantoren zijn schriften echter minder gebruikelijk. Kantooromgevingen zijn doorgaans meer afhankelijk van digitale hulpmiddelen, zoals computers, tablets en apps voor het maken van notities, voor taken als het maken van documenten, het maken van aantekeningen en communicatie. Deze digitale hulpmiddelen bieden het voordeel dat informatie eenvoudig kan worden gedeeld, bewerkt en georganiseerd.
Hoewel schriften niet zo gangbaar zijn in kantooromgevingen als gevolg van de verschuiving naar digitale technologie, kunnen sommige individuen of specifieke werkcontexten ze nog steeds nuttig vinden. Professionals op creatief gebied, zoals ontwerpers, kunstenaars of architecten, kunnen bijvoorbeeld fysieke schetsboeken of notitieboekjes gebruiken voor brainstormen, schetsen en visuele verkenning.
Hoewel schriften een fundamenteel onderdeel blijven van het onderwijsproces op scholen, is het gebruik ervan in kantooromgevingen minder gebruikelijk geworden als gevolg van de wijdverbreide adoptie van digitale technologieën voor communicatie en documentatie.